Ga onmiddellijk naar de inhoud

Grensoverschrijdende tewerkstelling beheren

De RSZ speelt een belangrijke rol op het vlak van de sociale zekerheid in een internationaal perspectief. Onze rol is om twee redenen versterkt:

  • Het Belgische socialezekerheidsstelsel is gebaseerd op een gecentraliseerde organisatie van de instellingen.
  • De RSZ is als enige Belgische instelling bevoegd voor het bepalen van de toepasselijke wetgeving voor werknemers en ambtenaren die grensoverschrijdend werken, en dit wereldwijd.

Waarover gaat het?

Grensoverschrijdende tewerkstelling heeft bijvoorbeeld betrekking op werknemers die:

  • voor een tijdelijke opdracht naar een ander land gezonden worden dan dat waar ze gewoonlijk tewerkgesteld zijn (detachering), of
  • gedeeltelijk actief zijn in verschillende landen (georganiseerde en geplande tewerkstelling op verschillende grondgebieden).

In elk van deze situaties bepaalt de RSZ onder welk socialezekerheidsstelsel deze werknemers vallen. Daarbij geeft de RSZ aan in welk land de werknemer moet worden onderworpen en daardoor ook in welk land de werkgever voor alle uitgeoefende activiteiten socialezekerheidsbijdragen moet betalen. Als de Belgische wetgeving van toepassing is, geldt er ook een formeel aspect. Dan wordt een A1-attest afgeleverd, conform de Europese socialezekerheidswetgeving, of een ‘Certificate of coverage’ op basis van bilaterale overeenkomsten afgesloten met landen buiten de EU.

Attesten aanvragen bij tewerkstelling in het buitenland

Werkgevers en sociale dienstverrichters moeten hun aanvragen voor tewerkstelling in het buitenland indienen via de beveiligde onlinedienst Werken in het buitenland (of 'WABRO', wat staat voor 'Working ABROad'). Na onderzoek bepaalt de RSZ de toepasselijke wetgeving en levert – indien nodig - het vereiste attest af voor grensoverschrijdende tewerkstelling binnen en buiten de Europese Unie.

Alle gegevens over buitenlandse opdrachten van werknemers die onderworpen blijven aan de Belgische sociale zekerheid worden op die manier verzameld en kunnen in WABRO worden geraadpleegd.

WABRO wordt regelmatig aangepast, om up-to-date te blijven met reglementaire wijzigingen, en om ervoor te zorgen dat de onlinedienst goed werkt en gebruiksvriendelijk blijft.

Evolutie van het aantal dossiers door de jaren heen

In 2024 heeft de RSZ 159.371 dossiers behandeld waarvoor een Europees A1-attest ‘toepasselijke wetgeving’ afgeleverd werd. Op de grafiek hieronder ziet u de evolutie van het aantal jaarlijks behandelde dossiers in de periode 2020-2024.

Evolutie van het aantal dossiers ‘toepasselijke wetgeving’
Jaar Aantal
2020 104.454
2021 115.962
2022 133.440
2023 143.378
2024 159.371

Het aantal verwerkte dossiers daalde tijdens de coronacrisis maar is nu opnieuw gestegen naar het niveau van voor de pandemie.

Modernisering van onlinediensten voor grensoverschrijdende dossiers

De Directie Internationale Betrekkingen werkt momenteel met twee eigen onlinediensten: WABRO (van België naar het buitenland) en GOTOT IN (van het buitenland naar België).

Sinds 2020 zijn de functionaliteiten van het elektronische gegevensuitwisselingssysteem tussen socialezekerheidsinstellingen binnen de EU (‘EESSI’) in deze twee onlinediensten geïntegreerd. Omdat alle lidstaten nu EESSI gebruiken, worden steeds meer elektronische berichten via deze twee onlinediensten verwerkt.

De GOTOT IN-onlinedienst is echter verouderd. Daarom is het de bedoeling om één enkele onlinedienst te maken die op termijn alle situaties (‘out’ en ‘in’) kan verwerken, door een nieuw programma te ontwikkelen met de naam ALINE (‘Applicable Legislation International Employment’).

Na de start van de analysefase van dit project in 2023 is in 2024 de technische basis voor de ontwikkeling van de verschillende onderdelen van die onlinedienst gelegd.

De bepaling van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving optimaliseren

Om de sociale rechten van grensarbeiders te waarborgen, werkt de RSZ nauw samen met de nationale socialezekerheidsinstellingen in België en in het buitenland. Het bepalen van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving is namelijk een complexe oefening die specifieke werkprocedures en overlegprocessen vergt teneinde:

  • een duidelijke en uniforme behandeling van individuele gevallen na te streven;
  • de soms uiteenlopende standpunten van de buitenlandse instellingen en de grondslagen ervan beter te leren kennen en begrijpen, om zo de interpretatie van bepaalde regels te verfijnen;
  • een Belgisch beleid en standpunt vast te leggen in een Europese en mondiale context, en
  • de vertrouwensrelatie met onze collega’s in het buitenland te versterken om zo een optimale en betrouwbare expertise te verwerven.

Samenwerken op strategisch niveau

De RSZ neemt actief deel aan de ontwikkeling van de beleidsstrategie inzake grensoverschrijdende tewerkstelling op nationaal en internationaal niveau. We doen dit op verschillende manieren:

  • samenwerking bij de voorbereiding van nieuwe regelgeving, de interpretatie en toepassing ervan;
  • deelname aan verschillende werkgroepen van de Europese Commissie (op het gebied van de toepasselijke wetgeving en de afgifte van A1-attesten). In 2024 heeft de Directie Internationale Betrekkingen actief deelgenomen aan de werkgroep die de ‘Praktische gids over de toepasselijke wetgeving’ moest actualiseren. Deze gids wil de praktijken van de lidstaten op het gebied van de vaststelling van de toepasselijke wetgeving harmoniseren. Daarnaast heeft diezelfde Directie ook deelgenomen aan verschillende projecten voor de digitalisering van bepaalde belangrijke documenten (DC4U, ESSPASS, e-Declaration, enz.);
  • medewerking aan evenementen in het kader van het roulerende voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie door België van 1 januari tot en met 30 juni 2024, onder auspiciën van het coördinatieteam van de FOD Sociale Zekerheid;
  • deelname aan de onderhandelingen over de verklaringen inzake de ‘toepasselijke wetgeving’ op grond van bilaterale overeenkomsten met staten buiten de EU (Certificate of Coverage);
  • voorbereiding, als expert-adviseur, van rechtszaken die voor de Belgische rechtbanken en het Hof van Justitie van de Europese Unie aanhangig zijn gemaakt;
  • vertegenwoordiging en actieve deelname aan de Commissie voor Goede Diensten (dossiers van personeel dat in België door diplomatieke zendingen wordt aangeworven).